Hyggelig
Het weer is guur buiten. De regen plenst, grijzer dan dit wordt de herfst niet. Ik denk weer terug aan de heerlijke zomer in Denemarken, en aan hun vermogen om het “hyggelig” te maken. In knusse houten huisjes, met kaarsen, zachte tapijtjes, warme kussens, vers geplukte bloemen… Ik maak me een theepot vol verse muntthee, zet mezelf een schaaltje koekjes voor dat normaal voor bezoek bedoeld is, trek m’n lievelingstrui aan en zet de King Singers op… Wat voelt het hier al warmer… gezelliger… Hyggelig!
“Hygge” is niet alleen een kaars aansteken, of een zachte plaid in je zetel gooien. Met “Hygge” wordt een soort kwaliteit van leven bedoeld, het scheppen van een warme, gezellige sfeer waarin je van het goede en schone kan genieten met diegene die je lief zijn. Het gaat dus voorbij “dingen”. Het actief scheppen van een warme sfeer, daar zijn de Denen toch wel sterk in. Niet alleen door de kunst van de inrichting, maar door wat dat doet met de ontmoeting daarbinnen. In de woonkamer van het houten huisje op de foto, speelden we gezelschapsspelen bij kaarslicht. Dat was een moment om te koesteren. En de warme context van het hout, het zachte tapijtje, de kaarsen die al klaarstonden in de houten kandelaars, die versterkten het moment. Zouden we zelf wat hygge in ons dagelijks leven kunnen brengen? Bijzonder als de dagen koud en grijs zijn, maar even goed elke dag van het jaar?
Dag vensterkipjes,
Naast de kaarskip, of kipkaars op tafel (waar je hier wat meer over kan lezen), zitten jullie ook hier, bij het raam. Keurig op stok, kijkend naar wie hier binnen en buiten wandelt. Heerlijk is het om meteen door jullie welkom te worden geheten. We denken aan onze kipjes thuis die er zo ook een beetje bij zijn. Een eenvoudig raam, wordt door jullie aanwezigheid een kakelend welkomstcomité! We beelden ons in dat jullie als wij onze rug gedraaid hebben, al eens de andere kant op kijken, de tuin in. Dat jullie onze kruimeltjes oppikken en ’s avonds dicht bij de kaarskip kruipen. Dat jullie op stok indommelen en er ’s morgens als de kippen bij zijn wanneer het ochtendlicht zo prachtig door het oude venster schijnt. En dat er, wie weet, al eens eitjes op de vensterbank vallen. Alleszins, bedankt voor jullie warme welkom. We voelen ons meteen thuis!
Is jouw hal uitnodigend? Heb jij iets wat je meteen thuis doet voelen?
Dag gewonnen hoekje,
Het stukje ruimte onder de trap, waar anders niets is… of wat opbergplaats… daar verschijn jij! Een verloren wordt een gewonnen hoekje. Het hoekje in het hele huis waar m’n zoon het liefste kruipt. Een klein lichtje, een zachte matras, een plank met wat boeken, alles nodigt uit om je er te installeren, te lezen en weg te dromen.
Zouden wij ook zo verloren ruimte, kunnen “winnen”? En wie weet ook een verloren momentje?
Dag hangzetel,
Wat uitnodigend hang je daar, aan een stevige draagbalk. Was het gepland, om van die balk het beste te maken en er iets leuks mee te doen? Of was het een ingeving van het moment? Hoe dan ook, je bengelt daar, klaar dat ik mee kom bengelen. Tussen de keuken, de eetkamer en het grote raam is er altijd wel een momentje, al is het een paar minuutjes, om even te hangen en m’n benen te laten bungelen… Om het zonlicht op m’n gezicht te voelen, en uit te kijken, zelfs over plensregen en hevige wind. Al bengelend en bungelend wordt alles leuker…
Heb jij iets wat zelfs de moeilijkste dag wat draaglijker maakt?
Dag lantaarn,
Net als de vensterkippen, maak jij het hier al meteen gezellig. Daar, in dat huisje waar het lichtje brandt, daar wil ik zijn. Daar waar “Velkommen” geschreven staat, waar een mobiel van mooie vondsten hangt, daar wil ik zijn. Daar waar de mat al klaar ligt om m’n voeten te vegen, en waar het nestje in de struik verscholen ligt, vlak bij de deur, daar wil ik zijn. Daar waar de lantaarn me terug doet duiken in de tijd (iets waarover ik hier wat schreef), daar wil ik zijn. Ik voel al, dat hier de thee zou klaar staan (al moet ik hem eerst zelf zetten). Dat hier voorgelezen wordt. Dat er rood geruite pantoffels staan. Dat het lichtje me steeds de weg zou wijzen wanneer ik zou verdwalen in het bos. Daar woon ik, daar waar het licht is…
Heb jij een lichtje waar je van houdt? Dat je de weg wijst en je welkom heet?
Dag bosbloemen,
Vers geplukte bloemen van de eigenaars van het boshuisje, in een glazen vaas op tafel. Bosbloemen in de volste betekenis van het woord. (over bloemen schreef ik hier al wat.) Ik vind ze prachtig. Ze brengen meteen sfeer, ze geven meteen kleur, ze zijn niet “nuttig” en daarom net zo hartverwarmend attent en gezellig. Ik beeld me in hoe Margrit de tuin in ging, en links en rechts wat moois afknipte. Hoe het boeket in haar hand groeide. Hoe ze er speels wat madeliefjes tussen stak. Hoe de prikkende bloemen er ook tussen mochten. En hoe ze, wanneer ze er de roze bloemen bij stak, voldaan naar de bosbloemen keek. Hoe ze ze in een emmertje water vervoerde, en hier met zorg een boeketje schikte op tafel. Opdat we ons welkom zouden voelen. Opdat de natuur van buiten binnen zou komen. Opdat we ons, net als haar, zouden verwonderen over de kleurenpracht onder onze ogen. Van de tuin tot op tafel.
Van welke bloemen of planten hou jij? Welke kreeg je?
Dag wegdroom keuken,
Al hou ik in het dagelijks leven van onze strakke, moderne, witte en geriefelijke keuken… Al heb ik graag ruim, praktisch en licht… Op vakantie ben ik helemaal verliefd op de eenvoudige keukentjes, soms met porseleinen spoelbak of mini fornuis-chaletje (waar ik hier over schreef), met keramieken servies, en charmant uitzicht. Dat er al eens geen dampkap is, of ik per ongeluk met de lichtschakelaar ook de frigo uitzette, neem ik er graag bij. Vakantie, dat is ook tijd om weg te dromen. Om te turen naar buiten. Maar ook te turen naar binnen. Om te genieten van het koken, tussen al het hout. Om het reuze gezellig te vinden tussen het schemerlicht van de hanglampjes. Om te rommelen in de laden, of beter nog, de gordijntjes open te trekken om te zien wat er in de kast zit. Om uit te zoeken in welke kom we wat gaan leggen.
Maar zouden we in onze keuken niet net zo weg kunnen dromen? Ik haal m’n houten planken boven. Tuur naar de tuin, en de vruchten in de houten schaal. Strik de paddenstoeltjesschort en droog de vaat met de handdoeken met croissant-print. En ik schep het eten in m’n lievelingskommetjes.
Wat helpt jou om weg te dromen in de keuken?
Dag huiskamerbed,
Midden in de living, werd dit verloren hoekje een gewonnen plek. We zouden er niet slapen, maar het was wel heerlijk om er opgekruld een boek te lezen, of wat foto’s te bekijken, of een babbeltje te doen, of naar buiten te kijken. Er hingen lichtjes overal, er waren schapjes vol leuke dingetjes, het was een heerlijke plek. Er werd een plek gemaakt om gezellig te liggen en hangen en zitten en spelen, los van de zithoek. Los van de functionaliteit, ontstond er zo een vrijruimte om gewoon te mogen zijn, niet meer of niet minder. Willen we dat niet allemaal?
Dag knusse kamers,
Recht uit een boekje. De kleuren, zacht, rustgevend en warm tegelijk. Licht meubilair, maar ook veel hangende lichtjes waardoor er een instant “kerstgezelligheidsgevoel” de kamers binnenkomt… Een soort magie, waar de kleine ornamentjes tot leven komen. Van de vensterkippen tot de matrozenganzen. Ze leven hier met ons mee. Ze wandelen door het landschap van licht, van kleur en van (droog)bloemen. Ze snateren misschien elkaar wat leuks toe. Of zijn ze ook met vakantie?
Ik moet denken aan hoe we de speelhoek van m’n zoon “verhyggeligt” hebben. (dat kan je hier lezen en zien) Er zweven vogels, er huppelt een eekhoorn op een schapje, er hangen zelfgemaakte bomen tegen de muur, en kleine lichtslingers en lichtgevende paddenstoeltjes maken de speelkamer zoveel meer dan een functionele speelgoed-opberg-kamer. Spelen, lezen, zelfs opruimen, het wordt nog leuker in een speelbos.
Met welke kleine dingetjes maak jij het graag gezellig?
Dag schommelstoel,
Mét schapenvelletje. Dat is gezelligheid bovenop gezelligheid. Een schommelstoel doet me denken aan een baby in slaap wiegen. Want baby’s houden van wiegen. En het warme velletje doet me denken aan hoe er in de brochure van kind en gezin eens stond dat baby’s houden van warm en zacht. Wie niet? Waarom zouden we warm en zacht, tapijtjes en kunstschapenvelletjes, schommelstoelen en wiegen alleen houden voor baby’s? Zou dat ons stiekem niet allemaal deugd doen?
In de corona periode wilden we het allemaal: wat meer comfort, wat meer troost uit het zintuigelijke. We ruilden de hakschoenen in voor sneakers. We ritsten ons uit kokerrokken en in losse kleedjes. We verruilden strakke broeken voor lossere exemplaren. En waarom geen harde stoel, voor een gemakkelijkere?
Onze zoon schuift de schommelstoel aan tafel. Zoiets leuk, dat is niet alleen voor op speciale momenten. Dat is iets om elk moment van te genieten.
Op élke leeftijd…
Dag schattigerds,
Bedtijd voor jullie. De Deense hygge werkt aanstekelijk. Onze zoon die al wat ouder begint te worden, geeft de knuffels een heerlijk plekje onder het zachtste dekentje. Het huiskamer-bed-zetel-hang hoekje krijgt een nieuwe bestemming, het wordt dé plek waar de knuffels goed kunnen uitrusten en lekker ingestopt worden. Zie ze eens soezen… Het dekentje is ook voor hen. De hanghoek, daar is plaats genoeg…
Hygge ontvangen, doet hygge geven…