Alle vissen vonden olifant

“Alle vissen vonden olifant”, van Henk Van Straten en Martijn Van der Linden, uitgegeven bij Moon, in 2010, is een geweldig boek voor jong en oud. 

Samen met m’n zoontje genoot ik van dit heerlijke boekje vol humor waarin zeewezens namen hebben als Fabian, Sabrina, Jacques en Marie-Antoinette. Het verhaal had me al bij de tweede zin: “Iedereen verveelde zich een oester”.

Het originele van dit verhaal, ligt in de eindeloze fantasie, die zo goed wordt verbeeld met woorden en frisse illustraties dat je je werkelijk kan inbeelden dat er een olifant ronddobbert in zee, of een walvis een boot vol schuim doet omkieperen. Je kan je zo inleven in een situatie die nochtans behoorlijk absurd is. 

Het geheim? De herkenbaarheid. Want al gaat het over de meest absurde dingen, zoals een tonijn die liever een zeepaardje wil zijn, een haai die verliefd wordt op een zeeleeuw of een erg verlegen kwal… Elk personage heeft niet alleen een erg menselijke naam, maar ook erg menselijke trekjes. Misschien is een tonijn, die altijd maar gehaast zou moeten rondzwemmen, maar zich eigenlijk liever zoals een zeepaardje wil laten meedrijven op de deining, niet zo gek ver van ons bed… en bedenken we dat we in een soms wat tonijnige maatschappij, ook liever een ontspannen zeepaardje willen zijn. Hier schuilt een veel diepere gelaagdheid dan het wel en wee van zeedieren. 

Een ander prachtig verhaal is dat van Boris de haai die een relatie aangaat met de zeeleeuw. Wat me het meest ontroerde was, zoals de tittel het zei: “ook haaien hebben liefde nodig”. Zelfs in dat fantasievolle verhaal, is het dat wat  me doet denken… hoe zien we iemand? Wat koppelen we daaraan? Heeft niet elk wezen recht op liefde? Kunnen we iemand die we al ‘geframed’ hebben, anders bekijken? Ik betrapte mezelf erop dat ik meer verrast werd door een haai die ook liefde nodig heeft en van betekenis wil zijn voor anderen, dan door het feit dat zijn liefdespartner toevallig een zeeleeuw blijkt te zijn. Is dat net geweldig, van alles en van niets meer echt verrast te zijn? 

Hoe het verder gaat, daar wil ik niet te veel over verklappen. Laat ons zeggen dat je aan het einde met vragen blijft zitten. Net als aan het begin. En in het midden. En op elke pagina, als je onder de dieren doorleest… 

Ga het eens lezen, geniet ervan, en  wie weet lig je net als m’n zoontje bij sommige stukken plat van het lachen. Want een vliegende vis die Jeffrey heet, dat is er toch om vragen…

detail illustratie Martijn Van der Linden op p.67