Een ode aan iemand schrijven, een gedicht opdragen, iemand bezingen… Zo mooi kan het zijn. levensecht. verbindend ook. Ik denk terug aan de vele, vele rijmen die in de muzikale vriendenkring van mijn ouders op muziek werden gezet. Voor een huwelijk, een verjaardag, een jubileum, een doop. Steeds weer woorden, speciaal voor die persoon geschreven, op een gekende melodie met z’n allen gezongen.
Mijn bompa bezong zijn vrouw met een gedicht. Het heet “mijn jonge vrouw”, en werd bekroond met de Basiel-De Craene prijs in 1950. Ik deel het graag met jullie, uit zijn dichtbundel Tot Halverwegen, door Hendrik Diddens, uitgegeven bij De Gallerij, in 1952. Eronder een foto van hemzelf met zijn muze, zijn jonge vrouw, mijn Bobonneke, Netty Dickmeis.