Toen we hoorden van die besmettelijke ziekte, moesten we ‘maatregelen’ nemen. We moesten creatief zijn. Werken met wat we hebben en er het beste van maken. Ook dat klinkt herkenbaar. Ik herinner me nog de vroegochtendlijke wandelingen in lockdown tijd, het zo veel mogelijk tijd in de tuin doorbrengen, van huiswerk tot tuinpicknick, het spelletjes maken om die maaltafels er toch wat aangenaam in te krijgen, thuisonderwijs deed ons zo creatief mogelijk omgaan met wat er was.
Mijn zoon en ik trekken onze vuile jas aan, trekken het tuinkot in, en komen buiten met draden, netten, plastiek die we normaal over de aardappelen leggen, kapotte elektriciteitsdraden, sluitingen van vuilniszakken, tangen en scharen.
We improviseren een lockdown onderkomen voor onze kippen. “Wildevogelvrij”. Of beter “Vogelgriepvrij”. Met tomatenstokken om toch zelf nog gemakkelijk binnen te geraken. Met plastiek die over zijn speeltoestel wordt getrokken. Met het spotten en toedekken van gaten waar anders kraaien en andere vogels zich naar binnen zouden werken. Onderaan het draden hek, waarlangs we naar binnen komen, maken we nog een extra flap plastiek vast.
Je ziet de kippen denken: “Dat kunnen ze niet menen!” Ze kakelen aan het hek. “Toch niet toe? En dan nog vanonder ook? De ontsnappingsroute van Fiepie geblokkeerd! Hoe durven jullie!”
Sorry kippen. Ik weet dat jullie het nu niet verstaan. Dat het alleen maar een inperking van vrijheid lijkt. Maar het is wat nodig is, zodat jullie niet ziek worden. Zodat er zo min mogelijk anderen worden besmet. Weet dat mensen met dezelfde vragen zitten… Ik hoop dat zij het een beetje beter begrijpen.