Kindertekeningen

Dit is het coronavirus. Dat is duidelijk. 
En het coronavirus is gemeen. Ook dat is duidelijk.
Het is dan ook een tekening door m’n geweldige zoon Milan. Als we als volwassenen een poging zouden wagen, dan zouden we wellicht wat droge coronavirusachtige vormpjes zien. Ik betwijfel of we er oogjes op zouden zetten. En al helemaal niet de woedende oogjes en de soort uitstekels die je zo in je gezicht zouden kunnen meppen.

Maar hier, wat een kanjer van een coronavirus. Met z’n kleintje erbij. En zie de moedige dappere goede cellen onderaan. Die laten duidelijk niet met zich sollen. Ze zijn onversaagd, en kijken ook reuze boos. Dat moet wel, om zo’n gevaarlijk virus de baas te kunnen. 

Al kijk ik graag naar illustraties van illustratoren, zo’n kindertekening, die zegt het toch zo! Het inspireert me mateloos. 

Expressie. Dat vind ik zo wonderlijk aan kindertekeningen. Het virus is niet een beetje gemeen. Het is woedend. De goede cellen zijn niet een beetje gevaarlijk, nee, nee, ze gaan er een welgemeende lap op geven en dat valt te lezen op hun gezicht. In een aantal voorbeelden hieronder, allemaal van de hand van mijn zoon Milan, zie je dat.  

De lieveheersbeestjes zijn niet een beetje tevreden, maar dol- maar dan ook dol-gelukkig. Het verschrikkelijke monster is niet een beetje kwaad, nee, hij is vreselijk, afschuwelijk, bloeddorstig en eng. En de vogel, je ziet ‘m haast ‘kwekken’. De bek wijd open, de ogen groot. Ik kan z’n schril gekwek (want geef toe, hij ziet er niet uit als een nachtegaaltje) haast tot hier horen.

Dus ja, die expressie van kindertekeningen vind ik wonderbaarlijk. In lijnen, in gedurfde kleuren, in houdingen, met gezichtsuitdrukkingen, en met veel spontaniteit en durf. Daar zou ik als volwassene graag van leren. Mijn dino ziet er, al probeer ik nog zo hard, in de verste verte niet zo eng uit. Maar wie weet, als ik nog veel oefen, en veel leer… om weer een beetje kind te worden, als kind te kijken en als kind te tekenen. 

Ik heb er al zin in