Oh God,

We komen van U
En we gaan naar U terug
En in tussentijd, God
In ons stilletjes weer thuiskomen in U
Nu al, hier al,
Is er dat diepe heimwee
Naar U die de oorsprong zijt van ons bestaan
Het hart van ons hart
En in wie we zo
Volop
Helemaal willen thuiskomen

Nu voelen we soms nog
Met een been hier en een been in de Eeuwigheid
Hoe we in de wereld
Maar niet helemaal van de wereld zijn
Hoe onze Ware Thuis ligt in U
Gelukkig, hoeven we niet te wachten tot de Hemel
Maar breekt de Hemel hier al binnen
In grote en kleine wonderen
In stil gebed
In Uw wonderlijke Schepping
In de mens die U reflecteert
In de liturgie waarin we U zo tastbaar mogen ervaren

Oh, God,
Al mogen we U hier en nu al ervaren,
U nu al liefhebben,
Ons nu al aan U geven,
Toch weent mijn hart soms
Van heimwee naar U

Van Hemelheimwee

Kom, breek hier en nu al binnen
Houdt U verblijf in mij
Maak Uw thuis in mij
Dan wordt de heimwee minder
Want dan ben ik al thuis
In U

Altijd en overal
Tot eens, voorgoed.
Amen

Oh
Als je eens wist
Hoezeer Ik naar jou verlang
En heimwee heb
Tot je NU al
Helemaal in MIJ thuis bent
Oh als je eens wist
Wie dat verlangen
In jou heeft gelegd
Oh, als je eens wist
Dat je eigenlijk
Al thuis bent
In Mij
Wees niet bedroefd
Maar verheug je!
Ik ben er al
Jij bent al in Mij!