rood zaadje
Zie dat nu, dat kleine rode zaadje. Zie je het blinken? Heb je al ooit een mooier, intenser diep rood gezien? En een glans, een weerspiegeling, zo helder in een zaadje? Het voelt ook zo heerlijk glad aan. Als je erover wrijft, zou je zo geloven dat je wensen uitkomen… Je kan toch niet anders dan zo’n zaadje koesteren?
Vooral als het niet zomaar gevonden is… maar gekregen! Ik weet niet meer hoe oud ik precies was, maar ik zat in de basisschool, toen de mama van een vriendinnetje me dit zaadje gaf. Ze kwam uit een ver land. Ik kwam thuis en koesterde het exotische zaadje als een echte schat. Ik stak het in een klein juwelenkistje, bezet met steentjes en glimmende stof. Het stak er tussen wat oude Belgische munten, gelukspoppetjes en de cocoon van een zijderups. En daar zaten ze nog, toen ik op een dag voor m’n zoon op zoek ging naar waar die gelukspoppetjes ook weer staken en ik het zo gekoesterde zaadje weer vond! Mijn hand gleed erover heen en weer. Ik verwonderde er me weer over hoe mooi rood en glanzend het was. En ik dacht met een snuifje heimwee terug aan m’n kindertijd, hoe het was bij die vriendin thuis, en aan haar mama die intussen overleden is. Ik hoorde de pianoklanken weer in hun huis. Ik dacht aan de mooie glanzende strikken die ze maakte. Aan het eten in hun keuken en de manier waarop haar mama sprak. Aan hoe die vriendin en ik zelf stripverhalen tekenden. En aan het mooie rode zaadje.
Wie weet wat groeit er uit dat zaadje? Welke exotische plant uit een ver land? Want haar mama kwam uit een ver land en ze waren met het hele gezin pas terug van een tijd in het buitenland. Is het niet gek, dat ik al die tijd het zaadje niet wou planten? Omdat ik het te mooi vond, en het zaadje niet kwijt wou zijn. Maar is een zaadje niet bedoeld om te planten? Zou er nog kiemkracht in zitten?
Ik dacht dat het tijd was om een nieuw avontuur met het zaadje aan te gaan. Het planten! Ik zocht op hoe je een zaadje terug kiemkracht kon geven, want dit was niet eentje van een paar jaar oud maar van meer dan dertig jaar oud ondertussen. Het lag hier tussen nat keukenpapier. Het stond in een glas water. Kortom, het kreeg al m’n aanmoediging om lekker alle kiemkracht in zichzelf aan te spreken en te knallen. Maar… er gebeurde niets.
Dan moest ik het maar toevertrouwen aan de aarde. Planten is planten. Ik gaf het veel liefde en water. Geregeld kwam het ongegeneerd rood uit de aarde piepen en dekte ik het toe. Ik wachtte en keek, en hoopte, en sprak het toe… dat het maar groeien zou want dat ik toch wel héél benieuwd was!
Ik had m’n langverwachte schat geplant… Wat zou er nu uit groeien? Elke dag, zag ik niet de minste aanstalten van het zaadje om te kiemen, kwam ik kijken en begieten. Maar niets… er gebeurde niets. Geen scheutje, geen groen blaadje, geen wonderlijke metershoge exotische plant. Geen magie. Gewoon niets…
Hoe kon dat nu? Al die gekoesterde liefde, en dan helemaal niets. Ik bedacht dat het zaadje toch verder moest leven, als het dan niet ontkiemen kon in de aarde, dan tenminste in m’n verbeelding. Dus bedacht ik een vervolg voor het verhaal dat ik met m’n zoon schrijf waarin er een rood zaadje voorkomt. Maar dan, met een mengeling van ontgoocheling om wat niet kwam, maar ook van hoop vanuit “magie maak je ook zelf!”, vertelde ik het aan m’n zoon. En hij zei doodleuk: “Maar google het dan eens?”
“Google eens rood zaadje”, dacht ik. “Dat is als een speld in een hooiberg!” Maar ja, waarom ook niet… Ik haalde het zaadje terug uit de bloempot, spoelde het af, wreef er nog eens over, en zocht “red seed” op in het eindeloze wereldwijde web.
En wat bleek? Ik vond er wat over! Veel zelfs! Het zaadje bleek afkomstig van de Adenanthera pavonina, oftewel “Saga tree” die onder andere in Singapore groeit. De rode zaadjes spreken al generaties lang tot de verbeelding. Ze worden gebruikt om sieraden mee te maken, of als eenheid om mee te tellen en wegen. In India worden de zaadjes gegeten en gebruikt in medicijnen die toevallig goed zijn voor de chronische ziekte die ik heb.
En de zaadjes, die worden gegeven als teken van liefde en affectie. Met de dieprode kleur van liefde.
Had ik dat ooit gedacht? Dat dat zaadje, gekoesterd als kind, nu toch vruchten zou dragen. Niet in de aarde. Maar door de betekenis, zovele jaren later ontdekt. Het zaadje als teken van liefde, vriendschap en affectie. Dat had ik toen gekregen! Ik knipoogde ontroerd naar de hemel…
Het was duidelijk, dit zaadje zat nog barstensvol verbeelding, magie, kiemkracht, leven en vooral Liefde. Tijd om het door te geven. Aan iemand van wie ik heel veel hou. “Als dit rood zaadje een teken is van liefde, dan is het voor jou”, zei ik. En ik gaf het in de handen van m’n zoon.
Hij was ontroerd. Ik was ontroerd. En het zaadje kreeg weer een nieuw leven. Het werd opnieuw gekoesterd. En het kreeg een plaatsje in zijn schattendoos. Tussen amethisten en kristallen. Om wie weet, het op een dag, aan iemand door te geven…